Afgelopen week las ik op een blog iets dat me aan het denken zette. ‘Ik bezit geen spullen, de spullen bezitten mij..’. En, sad but true, dit geldt ook voor mij.
Afgelopen week las ik op een blog iets dat me aan het denken zette. ‘Ik bezit geen spullen, de spullen bezitten mij..’. En, sad but true, dit geldt ook voor mij.
Nee, geen spelletjes spelen met een jongen, of nou ja, in ieder geval niet op die manier… Ik wil het vandaag graag hebben over het spelen van spelletjes. Van Playstation Games tot Monopoly en van Candy Crush (zo heet dat toch?) tot Patience.
Één van de redenen waarom ik vrijwel nooit filmpjes maak waarin ik praat, is omdat ik het afschuwelijk vind om ze terug te zien. Met foto’s heb ik vrijwel nooit een probleem (behalve als ‘de Alpen’ niet alleen meer een aanduiding is voor een gebergte waar je heel fijn kunt skiën, maar ook voor mijn gezicht.. Acné uitbarsting), maar met video’s. Als m’n vader z’n camera aanzet ben ik angstvallig stil, als ik op straat in Amsterdam camera’s van de NOS of wat dan ook zie, kijk ik recht vooruit en hoop ik dat ik niet opval.