Ik hoor je denken. Waar heeft zij het nu weer over? Heeft ze weer Aperol Spritz gedronken. Nee. Ik kwam compleet nuchter tot deze conclusie. Tijdens het kijken van de film Step Up.
Gisteravond zag ik voor het eerst Step Up. Ik weet ook niet waarom het elf jaar geduurd heeft voordat ik deze film eindelijk zag; er zijn weinig chickflicks en romantische komedies van de laatste twintig jaar die ik nog niet gezien heb. En ik betrapte mezelf er op dat ik weer eens aan het wachten was tot het fout ging. Want toen halverwege de film alles op zijn plek leek te vallen, wist ik: straks gaat het fout. En dan gaat het even van kwaad tot erger, totdat je gaat twijfelen of het nog wel goed gaat komen, de film duurt nog maar een paar minuten. Maar uiteindelijk komt het goed. Zoals altijd.
Van Pretty Woman tot de Lizzie McGuire Movie en van The Notebook tot 10 Things I Hate About You, ze volgen allemaal hetzelfde stramien. Best saai als je er zo over nadenkt, maar toch hou ik er van.
En terwijl ik hier zo over na aan het denken was trok ik de parallel met het lopen van een marathon. Want dat volgt eigenlijk hetzelfde patroon als de gemiddelde chickflick.
De eerste kilometers voel je je vaak wat onwennig, je bent gespannen, denkt aan alle kilometers die nog zullen komen, je voelt ieder pijntje, maakt je druk over het feit of dit nog wel goed zal komen en hoe je je de rest van de marathon zult voelen. Deze fase van de wedstrijd komt overeen met het begin van de film. De hoofdpersonages ontmoeten elkaar. Het is geen liefde op het eerste gezicht, of in ieder geval dit wordt niet toegegeven. Er zijn struggles. Nora vertrouwt Tyler in Step Up in het begin van geen kant en als ze hem een kans geeft gaat het ook niet meteen van een leien dakje. Julia Roberts en Richard Gere hebben het eerste half uur van de film ook geen al te goede verstandhouding en zelfs Allie en Noah spelen de eerste scenes in de film een kat-en-muis spel.
Maar langzaamaan kom je in het ritme. Je vergeet je zorgen, je benen doen het werk en het lijkt allemaal vanzelf te gaan. Je voelt je fantastisch en hebt het gevoel dit dit wel goed gaat komen. Dit is meestal na zo’n tien kilometer het geval. Het is een magisch gevoel. Dit zie je in chickflicks ook terug. Tyler blijkt toch wel hele goede ideeën te hebben voor het nummer van Nora, Julia en Richard blijken echt een band te hebben en Allie en Noah beleven de zomer van hun leven.
Maar halverwege komen de eerste scheurtjes. Allie verlaat haar zomerhuis en gaat weer studeren. Nora’s oude danspartner is ineens weer terug, Julia wordt door Richard uit haar sprookje ontwaakt… bij de marathon is dit het moment dat je halverwege bent en dat je ineens beseft, WHAT THE HELL, IK MOET DIT HELE STUK NOG EEN KEER. Je bent ineens uit je magische bubbel en deze mentale klap zorgt ervoor dat je ineens dingen voelt die je nog niet eerder gevoeld hebt.
Zowel in de film als tijdens de marathon gaat het van kwaad tot erger. Julia verlaat Richard, Allie is verloofd met een ander, Tyler gaat terug naar zijn ‘eigen’ leven. En zo gaat dat kilometers lang door, de pijn wordt steeds heftiger totdat je denkt dat het niet meer goed gaat komen.
Maar hé, het komt wel goed, tuurlijk komt het goed. Met de finish een paar honderd meter voor je krijg je een hernieuwde dosis energie. Met iedere stap die je zet lijkt het minder pijn te doen en als je over de finish komt, lijkt alles vergeten. Je bent in de zevende hemel. Richard rijdt in een taxi richting Julia en overwint zijn hoogtevrees, Allie en Noah hebben samen een prachtig einde en Tyler is precies op tijd voor de belangrijke uitvoering van Nora. Eind goed al goed.
Tot zover mijn observaties ;-).
Liefs,
Annemerel
Heerlijke vergelijking!
Hahahahha geniaal! Misschien zet ik als audio in November maar gewoon 2 chickflicks op ;)
Haha, leuk stuk en leuke vergelijking!
Bij de titel dacht ik: ‘Huh’?’ Maar super leuk om te lezen :-)
En hoe voorspelbaar ook, ik hou van Chickflicks.