Als kind vond ik het heerlijk om buiten te spelen, we woonden in een rustige straat waardoor we vaak midden op straat tegen een bal aan het trappen waren. Toen ik vijf jaar was, ging mijn moeder twee keer per week met mij naar het zwembad, net zo lang totdat ik mijn A en B-diploma behaald had. Daarna mocht ik een sport uitzoeken, het werd tennis. Iedere woensdagmiddag had ik tennisles, later werd dat een andere dag, omdat ik op woensdagmiddag competitie speelde. Een paar jaar (en heel veel zeuren) later, mocht ik ook nog iedere vrijdagavond naar Jazz-Ballet met mijn vriendinnen. Hoewel ik zowel tennis als ballet keihard liet vallen toen ik in de puberteit raakte (en liever lui op bed lag dan ‘verplicht’ ging sporten), kan ik me niet voorstellen dat ik als kind niet had kunnen sporten. Als kind vond ik het niet meer dan normaal dat ik kon sporten, dat dat niet voor ieder kind gegeven is, besefte ik pas later.