De hele week keek ik er al een beetje tegenop. The Run of Death, zoals ik mijn duurloop van 20 kilometer liefkozend genoemd had. 20 kilometer hardlopen in de warmte (30 graden) waarvan de eerste 10 kilometer naar beneden liepen en de laatste 10 kilometer omhoog. Gekkenwerk. Maar wel iets dat gedaan moest worden.
Vorig jaar heb ik me aan dezelfde ‘Run of Death’ gewaagd. Ik was toen beter getraind, liep al een paar weken iedere week 20 à 25 kilometer in het weekend. Toch heb ik het toen niet gehaald. Ik kreeg last van mijn darmen en gaf het na twee stops bij een benzinestation op. Ik heb de laatste 8 kilometer naar huis gewandeld.