RUN BABY RUN: Q&A met Arthur

Afgelopen zomer beloofde ik jullie een Q&A met Arthur. Deze is er nooit gekomen, omdat tijdens de opnames iets te duidelijk te zien was dat we elkaar erg interessant vonden. Ik was toen nog niet echt klaar om dit wereldkundig te maken, dus die beelden zijn in mijn privé-archief beland. Nu in het vliegtuig richting Tenerife doen we het nog eventjes dunnetjes over, maar dan in geschrift.

Q: Wat is je allereerste hardloopherinnering?

A: “Toen ik 6 jaar was ging ik op voetbal, ik merkte vrij snel dat ik iets meer snelheid en uithoudingsvermogen had ten opzichte van leeftijdsgenoten. Jacques Valentin woonde bij ons achter (2:13.45 op de marathon) Ik wilde ook graag zo’n held worden, dus in groep 7 zette ik elke dag om 7 uur de wekker om een rondje van 2km zo snel mogelijk af te leggen, de tijden hield ik bij in een schrift.”

>Q: Wat zie je zelf als je beste prestatie?

A: “1500 meter in 3:49 uit  mijn eerste hardloopleven (1998) en brons op de WK masters 1500 uit mijn tweede hardloopleven (2018)”

Q: Je loopt op dit moment afstanden van 1500 meter tot een halve marathon. Als je de rest van je leven nog maar een afstand zou mogen lopen (in wedstrijden), waar zou je dan voor kiezen?

A: “Ik denk dat ik dan 5km op de weg zou kiezen. Hiervoor is een grote variatie aan trainingen nodig. Ik vind het heerlijk om bijvoorbeeld 15×200 op de baan te racen, maar ik vind een lange duurloop met 4x2km op snelheid daarin verwerkt ook heerlijk.”

Q: Wat vind je de moeilijkste afstand om te lopen, tegen welke wedstrijden zie je van te voren het meeste op?

A: “5000 meter op de baan is vreselijk., omdat je een tempo moet lopen waarbij je continue tegen of in het rood loopt (je voelt je totaal niet comfortabel). De eerste 3 kilometer zijn leuk, dan begint de vermoeidheid er in te sluipen en wordt het enorm afzien (tenzij je er natuurlijk heel goed voor getraind hebt, maar dan zou je eigenlijk ook weer harder moet instarten en wordt het alsnog een pittige onderneming.)”

Q: Wat is je favoriete baantraining?

A: “Dat zijn natuurlijk 200 meters in 1500 meter tempo met korte pauze, heerlijk scheuren over de baan!”

Q: Wat is je favoriete wegtraining?

A: “10×2 minuten op 10km tempo door de natuur met een heerlijk ritme waarbij je alles nog onder controle hebt (je ademhaling is rustig, je beenritme lekker hoog en je benen voelen goed)”

Q: Wat is je favoriete krachtoefening?

A: “Balanstraining, oefeningen waarbij je continue uit balans gaat en de spieren rond je heupen, knieën en enkels steeds aan het werk gezet worden. Dit zorgt ervoor dat je tijdens een training of wedstrijd onder vermoeidheid je looptechniek goed kan vasthouden.”

Q: Ga je ooit nog een marathon lopen? En waarom heb je dat tot nu toe eigenlijk nog niet gedaan?

A: “Ik voel nu (nog) niet de behoefte, ik moet wel zeggen dat de halve marathon mij de laatste jaren toch wel makkelijker afgaat dan in het verleden dus misschien komt hij er wel. Ik heb nog geen marathon gelopen omdat ik om mij heen zie dat atleten soms wel tot 3 maanden van slag zijn en dat zou ik er niet voor over hebben.”

Q: In wedstrijden weet je vaak boven jezelf uit te stijgen, hoe kan het dat jij kunt doorlopen op het moment dat iedere vezel in je lichaam smeekt om te stoppen?

A: “Vaak spreek ik mezelf wel positieve gedachten in. Zoals “ Kom op Tuur het is nog maar 6 minuten”  “ Kom op Tuur dit wordt een medaille”   “Kom op Tuur dit wordt een 32-er””

Q: OK, Tuur, hartstikke leuk, maar als ik dat tegen mezelf zeg, komt het regelmatig voor dat er een ander stemmetje in mijn hoofd besluit gewoon niet te luisteren naar die positieve zelfspraak. Heb jij daar dan nooit last van?

A: “OK, Ik zal het maar verklappen. Vaak loop ik tijdens een wedstrijd op een tempo waarbij ik me nog net comfortabel voel. Dat comfortabele gevoel kan ik vaak wel vasthouden tot 8 a 8.5 kilometer tijdens een 10 kilometerwedstrijd, dan is het nog maar een minuutje of 6 dat is wel vol te houden zeker als je looptechniek goed kan vasthouden. Ik geef negatieve gedachten geen enkele kans. En anders denk ik gewoon als escape nog aan een heerlijke broccolischotel die avonds klaar staat voor me, hahaha.”

Q: Hahaha, de beroemde broccolischotel die je nog nooit gemaakt hebt voor mij. Maar, jij kunt dus eigenlijk nog veel harder lopen?

A: “Ja, de eerst 3 a 4 km tijdens een 10km kunnen inderdaad harder, echter als ik dat zou doen dan ga ik behoorlijk stuk na 6 a 7 km en dan wordt het inderdaad een lijdensweg naar de finish.”

Q: Jij hebt AL-TIJD zin in de training, althans zo doe je het voorkomen, hoe zorg je ervoor dat je altijd gemotiveerd bent?

A: “Als ik opsta kijk ik inderdaad altijd al uit naar de training van die dag. Ik weet ook dat ik me na 3 kilometer warmlopen en 4 versnellingen over 100 meter altijd wel goed ga voelen. Ik vind het gewoon heerlijk om buiten te zijn.”

Q: Als je een hardlooptip zou mogen geven, wat zou dat zijn?

A: “Train altijd zo hard/rustig dat je het gevoel hebt dat je de volgende dag weer kan trainen. Geef niet alles tijdens een training. Take it easy zodat je de volgende dag weer kan genieten van je training omdat je voldoende hersteld bent!”

Q: Wat is je doel voor dit seizoen?

A: “De CPC-loop in Den Haag is mijn eerst volgende wedstrijd, dat vind ik een super leuke wedstrijd. Ik ken het parcours in Den Haag erg goed, het is de stad waar ik heb gewoond en waar ik nog steeds werk. In het voorjaar wil ik graag  snelle 5 kilometer wedstrijden op de weg lopen. Echter, op de eerste plaats zou ik het wel gaaf vinden als jij net als afgelopen zomer een paar superwedstrijden gaat lopen natuurlijk.”

Q: Aan welke tijden denk je dan?

A: “De CPC wil ik graag in de 1:12 lopen. Vijf kilometer op de weg wil ik graag mijn 15:35 weg-PR verbreken.”

Ik hoop dat jullie de antwoorden op de vragen net zo leuk vonden om te lezen als ik. Mochten jullie meer vragen hebben voor Arthur (zowel over zijn eigen hardloopleven als specifieke hardloopvragen die je zelf hebt), laat ze weten in de comments, wellicht komt er een vervolg waarin niet IK maar JULLIE de vragenstellers zijn.

Liefs,
Annemerel (&Arthur)