Het kwam zo. Ik had Arthur overgehaald om in maart de halve marathon tijdens de CPC te lopen (heb ik niet heel veel moeite voor hoeven doen). Maar, hij wilde dan wel graag helemaal vooraan starten en om in dat vak te mogen staan, moest ‘ie eerst aan kunnen tonen dat hij een halve marathon onder 1:15 kon lopen. Zo kwam de halve marathon in Linschoten in zijn agenda. Een van de oudste jaarlijkse wegwedstrijden in Nederland (dit jaar al voor het 41ste jaar op rij georganiseerd). Ik kocht zelf ook een startbewijs, ik wist niet of ik van start zou gaan, omdat ik niet wist hoe ik de Málaga Marathon zou komen, maar als ik dan toch naar Linschoten zou gaan, kon ik net zo goed zelf ook een lekkere trainingsloop doen. Mits ik niet geblesseerd zou raken natuurlijk.
En zo geschiedde. Ik heb lang getwijfeld of ik wel van start zou gaan zaterdag, zelfs tijdens het inlopen was ik niet helemaal zeker van mijn zaak. Het was niet dat ik ergens echt last van had, of dat ik me vermoeid voelde, maar tijdens de trainingen deze week ging het wel beduidend langzamer en ik vroeg me af of ik er wel goed aan zou doen om weer de halve marathon afstand te lopen. Maar Tuur stelde me gerust, je bent goed in lange afstanden, je gaat gewoon rustig lopen en als je na vijf kilometer denkt ‘dit wordt hem niet’ dan trek je je startnummer eraf, keer je om en volg je de bordjes Linschoten. Die woorden dreven me uiteindelijk toch naar de start.
Ik stond iets te vooraan in het startvak naar mijn wens. Van te voren wilde ik nog een paar versnellingslopen doen voor de start, ook al was ik niet van plan te gaan ‘racen’, die versnellingslopen geven me altijd een goed gevoel. Zo’n gevoel van ‘I’ve got this’. Daarna moest ik mezelf een weg naar achteren wurmen, maar dat ging niet zo makkelijk. Ik was van plan om de hele wedstrijd met 5’00 te gaan, maar dat ging in de eerste kilometers al niet helemaal goed. Ik werd meegezogen door de groep en liep de eerste 5 kilometer in een gemiddeld tempo van 4’27. Er stond een flink windje en het parcours – dat dwars door de polder liep – zorgde ervoor dat je daar niet echt voor kon schuilen. De eerste tien kilometer hadden we de wind afwisselend mee- en tegen, waardoor de wind niet als een hele grote tegenstander voelde. Ik kwam op tien kilometer door in 44 minuten.
Toen begon ik met rekenen… Nog 11,1 kilometer en ik heb nog 53 minuten en 50 seconden om dit uit te lopen in een ‘officieel’ PR. Begin dit jaar stelde ik mezelf als doel om mijn PR op de halve marathon te verbreken, die stond al sinds mei 2016 op 1:37.51. Zowel in de CPC, tijdens de halve in New York en in Leiden is dat me niet gelukt. In Málaga liep ik in de eerste helft van de marathon wel een ‘onofficieel’ PR (ik kwam door in een tijd van 1:32:52), maar voor de vorm zou het wel leuk zijn om op de valreep van 2018 toch ook nog dat doel te behalen en een PR op de halve te lopen. Een voorwaarde: ik mocht niet gaan pushen. Het was pas dertien dagen geleden dat ik over de finish in Málaga kwam. Een freaking marathon. Ik kon me nu dan misschien goed voelen, het leek me niet gezond om meteen te gaan pushen tijdens een halve marathon.
Kilometer 10 tot en met 15 liepen we met de wind schuin in de rug. Het kostte me geen moeite om mijn tempo van de eerste tien kilometer vol te houden. Maar toen draaiden we in kilometer 16 een kwartslag en kwam de wind vol in mijn gezicht. Om me heen beukten mensen zich een weg tegen de wind in, ik had met mezelf afgesproken niet te gaan pushen dus liet het tempo zakken. Dat PR had ik toch wel binnen, dus die laatste vijf kilometer hobbelde ik rustig richting de finish, stap voor stap.
Ja, die wind was redelijk heftig, maar ik genoot van het feit dat ik dertien dagen na Málaga mezelf alweer zo fit voelde dat ik in staat was om een halve marathon als duurloop te lopen. Ja, mijn hartslag was iets hoger dan de gemiddelde duurloop (ik liep dan ook tien seconden per kilometer sneller dan bij een gemiddelde duurloop), maar het voelde geen enkel moment als hard werken.
In 1:35.16 kwam ik over de finish. Een paar minuten later vond ik Arthur, die na 1:13.40 de finish gepasseerd was. Een nieuw PR. Ook Isa, die met ons mee was, had een PR gelopen. Niet tijdens de halve marathon, maar tijdens de 10,5 kilometer. Ze kwam de 10 door in 38:05 en liep de 10,5 onder de 40 minuten. Ze werd daarmee eerste bij de dames. Zo knap, dit was haar eerste wedstrijd waarin ze 10 kilometer liep. Of nou ja, volgens mij heeft ze als 14-jarige wel een keer 41 minuten gelopen, maar toen trainde ze nog niet voor het lopen (helemaal bizar eigenlijk).
Mega voldaan stapten we na de prijsuitreiking (Isa was niet alleen eerste bij de dames, Arthur was tweede in zijn categorie) in de auto terug naar huis. Het werd gevierd met een patatje mayo, kroketten en frikadellen van de snackbar. Niet het meest verantwoorde herstelvoedsel, maar hé, we hebben nu ECHT vakantie.
Liefs,
Annemerel
P.S. het parcours bleek uiteindelijk maar 20,8 kilometer te zijn, maar door de (keiharde) wind tegen in de laatste 300 meter denk ik dat dat die 300 meter wel compenseerde.